dinsdag 13 september 2011

Brief aan mijn advocaat over opzettelijke rechterlijke dwalingen.

Beste Jarig.
In antwoord op ons gesprek van 9/9/11 heb ik voor u het volgende opmerkelijke bericht.
Ik hoorde u zeggen dat ten gevolge van de persoonlijke bemoeienis van dhr. mr. H.AE Uniken Venema, president van de Rechtbank Utrecht, (hierna: de rechtbank)dat de zitting van dinsdag 18 oktober 2011 om 9:00 uur naar voren, naar donderdag 22 september 2011 om 13:00 uur verschoven is. Het betreft de mondelinge behandeling van mijn verzoek te mogen huwen, welk is ingekomen bij de rechtbank op 20 mei 2011 en welk verzoek volgens uw terechte opmerking, gerelateerd is aan Art. 1:38 BW.
Helaas moet ik u waarschuwen: Vanaf het jaar 2000 heb ik te maken met onbehoorlijk bestuur bij de rechtbank dus ook het gedrag van deze president kon menigmaal de toets van mijn terechte kritieken niet doorstaan. En dan heb ik mij hierbij nog zeer mild uitgedrukt. De president heeft mij geschreven dat ik onder curatele ben gesteld vanwege medische verklaringen. Maar hij weigert aan het OM de door mijn familie ingevulde aanvraag ondercuratelestelling op te vragen. De rechtbank lijdt onder zijn leiding aan een interne rot.
Zo vroeg ik mij af: waarom een vervroegde zitting? Waarom heeft de president mij zelf niet gebeld ? Niet geschreven ? Niet op mijn klacht gereageerd ? Waarom heb ik de betreffende oproep van de kantonrechter om op de vervroegde zitting d.d.22-09-2011 te verschijnen niet ontvangen ? Komt deze oproep alsnog op 12-09-2011 binnen dan heb ik de oproep een dag te laat ontvangen en verzoek ik u een nieuwe datum aan te vragen. Dit kan zo niet. Ik sta niet toe dat de president met de inhoud van het Burgerlijk Wetboek (hierna:BW) aan het sollen blijft.(Red.: Na tel.contact met de rechtbank weet geen afdeling iets over een dergelijke oproep)
Ik zal u hierna uitleggen waarom de wettelijke voorschriften van het BW ter zake van de behandeling van mijn verzoek te mogen huwen meer tijd vergen dan de 9 dagen die de president ons wil opdringen.
De president van de rechtbank moet met zijn bemoeienis ter zake van een vervroegde zitting voorbij zijn gegaan aan het feit dat de behandelend kantonrechter de gelegenheid moet krijgen om allen aan te schrijven, die zoals Art.1:51 BW vast stelt, bevoegd zijn tot stuiting van het betreffende huwelijk. Wat gaan zij doen, als dhr. A. en ik met ons, “Ja,ik wil”, voor de ambtenaar staan ?
Het zal mijn aanstaande en mij toch niet mogen overkomen dat vlak voor het moment van de huwelijkssluiting, bloedverwanten in de rechte lijn, broeders, zusters, curatoren van een van de aanstaande echtgenoten (zie Art.1:51 BW) van hun bevoegdheid gebruik gaan maken het huwelijk te stuiten. Dus ik wil (via u) van de betreffende kantonrechter horen wat in zijn procesorde, in deze ‘stuitingsbevoegdheid ’van derden de plannen zijn van:
Ten 1ste: Mijn zwager en mijn zus dhr. en mevrouw P.B.M. Heijmerink-ten Berge. Zeisterweg 36-B. 3984 NL Odijk, zij zijn bevoegd tot stuiting. Zij hebben tenslotte, op een geheim moment, begin augustus 2007 als naaste familie, mede namens de andere zussen en zwagers de aanvraag ondercuratelestelling wegens geestelijke stoornis, bij het OM Utrecht ingediend. Het was Rob M. Kok, psychiater bij het OGGZ Altrecht Stad Utrecht, die in deze kwestie, op 09 mei 2007 de officier van justitie om geheimhouding verzocht. Ik mocht niet weten welke zus het aanvraagformulier onder curatele stelling ondertekend had. Maar mijn zusters weten, dat ik voor elke maand, dat ik voor hun genoegen, onterecht onder curatele heb gestaan, een schadevergoeding eis van 2 miljoen Euro per maand.(belasting vrij omdat de Staat betrokken is bij dit misdrijf). Vanaf 25 september 2007 tot op heden is dit bedrag opgelopen tot 96 miljoen Euro.
Ten 2de: Dhr. P.H.P.M.Donker, St.Jacobsstraat 237. 3511 BP Utrecht, wat gaat hij doen ? Hij is tot curator benoemd op 25 september 2007 en is bevoegd tot stuiting. Hij is weliswaar per 01 september 2007 door Kroezen BV te Vortum-Mullem dood verklaard bij de sector kanton locatie Utrecht, maar als er formeel geen akte van overlijden is getoond, moet hij nog leven. En een curator kun je niet zomaar ontslaan ook niet door hem dood te verklaren. 'Donkers' zoals Kroezen BV hem noemt, is nog steeds bevoegd het huwelijk te stuiten dus ik wil dat de kantonrechter hem vraagt, wat of hij zal gaan doen. Ik heb hier als bijlage 1. bijgevoegd: De boodschap van een levende Donker, ingekomen op de griffie van sector kanton op 29 augustus 2007. Donker (het is zonder s net als in het telefoonboek), zegt in zijn memootje dat hij niet zal komen naar de zitting ondercuratelestelling op 11 sept. 2007.Laten we reëel zijn: KROEZEN BV staat hier voor paal, niet mijn persoon.
Ten 3de. Mevr.M.L.J.S.Brandt-van Heijst, (verdachte) curator en gevolmachtigde van het criminele bestuur van het bewindvoerderskantoor Kroezen BV St. Cornelisstraat 44. 5827 AM Vortum-Mullem, heeft de bevoegdheid tot stuiten verworven door toedoen van mr. Jan Sap, kantonrechter per 14 februari 2008. Hij heeft haar tot curator benoemd zonder dat ik gehoord ben en zonder dat ik de betreffende beschikking mocht ontvangen. Waardoor ik ook geen bezwaar of beroep kon aantekenen. Laten we reëel zijn: We hebben hier te maken met een ongekende grove vorm van rechterlijk machtsmisbruik en partijdigheid. Mr. Jan Sap, kantonrechter en vice-president heeft kennelijk met goedvinden van het rechtbankbestuur de fundamentele grondbeginselen van burgerlijk procesrecht, ter zake van hoor en wederhoor, aan zijn laars gelapt. De interne rot van de rechtbank is werkelijkheid.
Ten 4de: Hij: Ir. Marien de Langen, voorzitter van de directie van Stichting Mitros is volgens Art.1: 51 BW weliswaar niet bevoegd tot stuiting van het huwelijk, maar hij is op 02 februari 2007 door de kantonrechter kennelijk wel bevoegd verklaard om bij Rob M. Kok psychiater bij het OGGZ Altrecht Stad Utrecht een aanmelding in te dienen welke strekte tot de onder curatele stelling en de benoeming van een provisionele bewindvoerder door de kantonrechter omdat mw. Ten Berge geen huur betaalde voor de woningen Servaasbolwerk 4 en 4bis te Utrecht. Zie bijgevoegd bijlage 2.
Wat speelde er ? Toentertijd heeft Marien de Langen op 02-02-2007 achter de schermen de kantonrechter verzocht om de zitting van 07 februari 2007 te schorsen. Het betrof rolnummer 496663 CU EXPL. 06-11735. Repliek en dupliek waren al uitgewisseld. Ik zou wellicht mijn zin krijgen: De huurovereenkomst Servaasbolwerk 4, te Utrecht waarvan alleen Marien de Langen loog dat deze overeenkomst bestond, zou voor de tweede keer ontbonden worden, deze keer op 25 april 2007 door mr. P. Krepel,de kantonrechter en vice-president. De Langen wist dat hij mij niet uit huis kon zetten, ook al mocht dat van de rechter, want de politie werkt, als de ‘sterke arm’ niet mee aan de fraude en het bedrog van ir. de Langen van Stichting Mitros. Uiteindelijk heeft de rat het met zijn steekpenningen (€ 6000,--) voor elkaar gekregen dat ik wegens een geestelijke stoornis onder curatele werd gesteld en dat de valse curator de huur ging betalen. Het staat zwart op wit in de dossiers.
De Langen zal niet kunnen stuiten, maar hij heeft mij op 21 mei 2011, de dag ná mijn verzoek Art.1: 38 BW aan de kantonrechter om te mogen huwen, wel aangemeld voor een gedwongen opname bij het psychiatrische & verslavingszorgteam van de OGGZ Altrecht Utrecht. Deze Altrecht-brief van 29 augustus 2011 heb ik als bijlage 3 bijgevoegd.
Het is de zoveelste uitnodiging op rij voor een RM gesprek bij Altrecht. Dit keer is de aanmelding gedwongen opname voor de wet: Bijzondere opname psychiatrische ziekenhuizen (hierna: BOPZ ) namens Marien de Langen, de criminele baas van de stichting Stichting Mitros te Utrecht ingediend. Maar curator Brandt van Kroezen BV had het De Langen reeds voorgedaan: Brandt meldde mij reeds op 13 december 2010 aan, bij hetzelfde team, voor een BOPZ opname omdat ik haar voor crimineel uitmaakte. Brandt en de Langen zijn twee handen op een buik van de criminaliteit. Dit staat alles,en nog meer komt op mijn blog te staan.(Red.: Waarvan akte !)
Aan wat de president van de rechtbank in zijn gesprek met u, op 9/9/11 kennelijk ook aan voorbij ging is het feit, dat de kantonrechter mijn verzoek d.d. 20 mei om te huwen ook aan het OM door moet sturen voor een beslissing. Volgens Art.1: 53 BW is het OM verplicht het voorgenomen huwelijk te stuiten wanneer het OM met het in Art.1:31 BW omschreven huwelijksbeletsel bekend is. En daar is het OM Utrecht méér dan bekend mee: De beschikking van 25 september 2007 is hier als bijlage 4. bijgevoegd. Ik wens te horen hoe de officier van justitie over zijn verplichting tot stuiting denkt. Krijgt Het OM Utrecht een ontheffing van de minister ? Daar zal wel enige tijd over heen gaan ?
Verder heb ik op 9/9/11 van u begrepen dat de president via u aan mij voorstelde om ook een verzoek in te dienen om de curatele op te heffen en /of de huidige curator te ontslaan. Ik herhaal hierbij hetgeen ik u reeds telefonisch meedeelde: Dat gaat, dat kan niet gebeuren. De wet voorziet niet in deze mogelijkheid. Ik ken de wet en het recht en ik houd mij daaraan.
Dat de wetgevers en de uitvoerders zich niet aan de wetten houden en het recht van mij als de gebeten hond niet erkennen is niet mijn probleem maar dat van al mijn tegenpartijen. Ik ben door de rechtbank op 25 september 2007 zonder te zijn gehoord, vanwege een niet aangetoonde geestelijke stoornis en volgens een geheim gehouden aanmelding bij justitie onder curatele gesteld en dat is een ernstig misdrijf. De daders van dit onrecht horen naar voren te treden en schuld te bekennen. Ik ga hun problemen niet oplossen.
Laten we reëel zijn: Mr.R.W.J.van Veen, kantonrechter en vice-president heeft kennelijk met goedvinden van het rechtbankbestuur de fundamentele grondbeginselen van burgerlijk procesrecht ter zake van hoor en wederhoor aan zijn laars gelapt. Welk vertrouwen moet ik nog in de rechtspraak hebben ? Het idee van de president om op de zitting van 22-09-2011 ter behandeling van Art.1: 38 ‘en passant’ de curatele op te heffen is een uiting van minachting voor Art.1: 389 lid 2 BW . Ik kan niet verzoeken de curatele op te heffen omdat ik volgens dit artikel niet tot dezelfde personen behoor die de curatele kunnen verzoeken.
Het was mij een genoegen u te informeren. In deze zaak wens ik ons beiden het houden van een rechte rug.
Met vriendelijke groet, Anne Marie ten Berge.

Geen opmerkingen: